Is de farmaceutische industrie enkel uit op (veel) geld? 'Winstmarges zijn niet onredelijk'
29 oktober 2024 · 17:18| Leestijd: 6 min
Update: 31 oktober 2024 · 15:58
In het kort
Er zijn tientallen medicijnen die volgens de regels goed genoeg werken, maar die niet vergoed worden. Dat komt omdat de overheid en de maker van het medicijn het niet eens worden over de prijs. Hoe kan dat? Zijn farmabedrijven er enkel op uit om winst te maken? "Bij een hoog risico-industrie als de farmaceutische industrie zijn de winstpercentages van dit moment niet onredelijk", zegt Mark Kramer, voorzitter van de Vereniging Innovatieve Geneesmiddelen.
Wat denk jij?
Wie moet de prijs van medicijnen vooral bepalen?
Aantal reacties: 0
Farmaceutische bedrijven moeten hele risicovolle investeringen doen en vele jaren vooruitkijken, stelt Kramer, en daarvoor zijn die winsten dus nodig. De Vereniging Innovatieve Geneesmiddelen, waar hij voorzitter van is, is de brancheorganisatie van farmaceutische bedrijven in Nederland. "De farmaceutische industrie is aan het investeren in het geneesmiddelenpakket dat over tien tot twaalf jaar beschikbaar moet zijn", zegt hij in het radioprogramma Geld of je Leven (EO),
Bedrijven die coronavaccins maakten nu in zwaar weer
De risico's zitten in het feit dat weinig medicijnen ook daadwerkelijk op de markt komen, en op die manier dus geen geld opleveren. Bovendien duurt onderzoek soms jaren. In het geval van de coronavaccins kon dat veel sneller, maar dat heeft voor bedrijven als Pfizer en AstraZeneca, die de vaccins maakten voor een betaalbare prijs, een keerzijde. Zij hebben het financieel heel moeilijk, zegt Kramer. "Bij een aantal farmabedrijven wordt op dit moment ook internationaal ingegrepen, omdat ze nu niet in staat zouden zijn over tien jaar hun portfolio op orde te hebben”, legt hij uit. "Ze maken op dit moment onvoldoende rendement om investeringen te doen in innovatie."
Dit waren de recente omzetten van bedrijfen als Pfizer, AstraZeneca en Janssen & Janssen
Pfizer
2022: omzet 100 miljard, nettowinst 31 miljard dollar
2023: omzet 58 en een half miljard, nettowinst 2 miljard dollar
Johnson & Johnson
2022: omzet 80 miljard, nettowinst 16 miljard dollar
2023: omzet 85 miljard, nettowinst 13 miljard dollar
AstraZeneca
2022: omzet 44 miljard, nettowinst 3 miljard dollar
2023: omzet 46 miljard, nettowinst 6 miljard dollar
Volgens Kramer is het dan ook te kort door de bocht om de farmabedrijven de schuld te geven van de hoge medicijnprijzen. "Ik denk dat de farmaceutische industrie alleen maar zo innoverend kan zijn omdat de inzet van de medewerkers erop gericht is om patiënten beter te maken", zegt hij. "Niet om maximale winst te maken. Het is heel makkelijk om te zeggen dat deze industrie daar alleen maar op gericht is."
'Winstpercentages van de farmaceutische industrie op dit moment niet onredelijk'
Uit een groot onderzoek uit 2020, gepubliceerd in de Journal of the American Medical Association, blijkt dat 35 grote farmabedrijven tussen 2000 en 2018 een winstmarge van 13,8% hadden. Dat is bijna twee keer zo hoog als het gemiddelde van andere beursgenoteerde ondernemingen in die periode. Maar: "Dat is appels met peren vergelijken", vindt Kramer. "Je zet de farmaceutische industrie af tegen andere beursgenoteerde bedrijven, maar je moet ze afzetten tegen bedrijven die net zo veel in research en development, en dus in risico investeren, als de farmaceutische industrie", zegt hij. "Ik denk dat bij een hoog risico-industrie als de farmaceutische industrie de percentages die op dit moment aan winst worden gemaakt niet onredelijk en te vergelijken zijn", zegt Kramer.
"Wij geven na Denemarken het minst per hoofd uit aan geneesmiddelen."
Kramer is van mening dat er zeker wat veranderd kan worden in de manier waarop Nederland met nieuwe medicijnen omgaat. "Dat we een uitdaging hebben in de toekomst, dat is zo", zegt hij. "Wij geven na Denemarken het minst per hoofd uit aan geneesmiddelen. Dat betekent dat Nederland wat kostenbeheersing betreft succesvol is, maar daar zit een keerzijde aan", vertelt hij. "De achterkant van de medaille is dat een heel aantal medicijnen die in omringende landen wel beschikbaar zijn, in Nederland niet beschikbaar zijn." Daar kan verandering in komen door samen te werken met de overheid, zegt hij. "We zouden samen kunnen zorgen dat dat systeem simpeler wordt, en daardoor de toegangstijd, die in Nederland te lang is, inkorten."
Hoe werkt het wanneer er een nieuw medicijn op de markt komt?
Het kan in Nederland vrij lang duren voordat een innovatief medicijn openbaar beschikbaar wordt. Dat zit zo: het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Milieu (VWS) onderhandelt met de farmaceut die het medicijn heeft gemaakt. VWS wil niet meer dan een bepaalde prijs betalen, die neerkomt op 80.000 euro per gewonnen levensjaar in goede gezondheid. De overheid heeft daarom een systeem bedacht, zodat niet al het geld opgaat aan dure medicijnen, maar er ook nog geld overblijft voor andere goede zorg. Dat systeem houdt in dat nieuwe medicijnen eerst in een 'sluis' worden geplaatst. Op dit moment zitten er 60 geneesmiddelen in de sluis voor 74 geregistreerde aandoeningen (meer weten over die sluis? Hier vind je een uitgebreide uitleg).
Dat ze soms zo lang in de sluis zitten, is volgens Kramer "een politieke keuze". Het merendeel van de medicijnen die op dit moment in de sluis zitten, is in andere landen wel beschikbaar. "We geven in Nederland een gemiddelde ongeveer 11% tot 12% van ons bruto nationaal product (bnp) uit aan zorg. Puur aan medicijnen is dat ongeveer 5,8% van het totale zorgbudget. Dat is al jaren niet gestegen", zegt Kramer. "Ik denk dat dit heel veel te maken heeft met onzekerheid. Er moeten gezamenlijk goede afspraken gemaakt worden, en daar staat de farmaceutische industrie ook voor open."
Reactie van het Zorginstituut op de door Kramer genoemde overheidsuitgaven aan medicijnen:
Volgens het Zorginstituut kloppen de cijfers die Mark Kramer noemt niet. In een reactie schrijven zij: "In 2023 gaven we in Nederland in totaal € 8,1 miljard uit aan alle medicijnen, bijna 15% van het basispakket van de zorgverzekering. Het aandeel van medicijnkosten in het ziekenhuisbudget wordt elk jaar groter. In 2015 besteedden ziekenhuizen 8,6% van het budget aan zogeheten add-on medicijnen (geneesmiddelen die meer dan 1000 euro per patiënt per jaar kosten, worden als aparte prestatie gedeclareerd, dus buiten de diagnose behandel combinatie). Dit percentage is gestegen naar 9,7% in 2023.
In het Integraal Zorgakkoord (IZA) is afgesproken dat de jaarlijkse groei van het ziekenhuisbudget tot stilstand moet komen in 2026. Als het aandeel medicijnkosten blijft stijgen, wordt het budget steeds krapper dat ziekenhuizen kunnen besteden aan andere ziekenhuiszorg."
Luister naar het hele gesprek in Geld of je Leven
Dit hele gesprek terugluisteren als podcast? Dat kan hieronder, of via je favoriete podcast-app.
De weergave van Spotify vereist jouw toestemming voor social media cookies.
Ook in Dit is de Kwestie (EO) gaat dit gesprek nog verder met verschillende gasten. Bekijk Dit is de Kwestie via NPO Start. In dit artikel kun je ook meerdere perspectieven lezen over dit onderwerp, zoals de reactie van het Zorginstituut.
Praat mee
Hoe voel jij je na het lezen van dit artikel?
DIT zijn de makers
Dit artikel hoort bij het programma
Dit is Geld of je leven